Wildplukken kan het hele jaar door, ook in het vroege voorjaar als alles nog kaal lijkt. Als je goed kijkt, is er op elk moment van het jaar eetbaars te ontdekken. Wij trokken op de eerste dag van maart de polders van de Krimpenerwaard in voor een fijne (kinder)wildplukwandeling. Drie wellicht onnodige opmerkingen vooraf: 1) pluk enkel wat je met 100% zekerheid kunt determineren en 2) pluk enkel op plekken waar je vrijwel zeker bent dat er geen honden en vossen hebben geplast en 3) pluk met mate en respect.
De jonge bladeren van braam zijn het lekkerst. We waren zo vroeg dat het nog even zoeken was, maar we hebben ze gevonden. Jonge bladeren en jonge schuiten kan je drogen en gebruiken voor het maken van verse kruidenthee. Je kunt natuurlijk je bladeren ook vers trekken (ik combineer ze zelf met wat andere kruiden en bladeren, anders is het wel erg flauw).
Van de (malse, verse) vogelmuur is alles eetbaar: de stengel, blaadjes en de bloemetjes. Je kunt ze in vrijwel heel Nederland vinden. Tegenwoordig is het zelfs zo hip, dat wildplukken en die vergeten groenten, dat het te koop wordt aangeboden bij diverse lokale verkooppunten. Wij gebruiken vogelmuur graag op een boterham kaas of in een zelf op smaak gebrachte roomboter.
Zoals voor bijna al het groen geld: vers, jong en mals zijn ze het lekkerst. Zo ook voor de (paarse) dovenetel, een zeer algemene soort in Nederland. De jonge blaadjes zijn heerlijk in de salade maar nog favorieter zijn hier de kleine paarse bloempjes ter decoratie op taart of op een verse, zelfgemaakte boterham met roomkaas.
Brandnetel is misschien wel de meest bekende eetbare wilde groente én niet zomaar. Ik zou alleen al een blog kunnen schrijven over de heilzame werking op talloze manieren. Van thee tot soep tot in zalf, maar hier is de meest genuttigde variant het rollen van één van de bovenste blaadjes tot een balletje, wat een ietwat peperachtig resultaat geeft die rauw wordt genuttigd. Inmiddels is hier zelfs een brandneteltax ingesteld: niet meer dan drie balletjes per dag.
De fluitekruid is, naast dat het zeer decoratief is, ook grotendeels eetbaar. Bloemen ter garnering (maar die zijn er nog niet in het vroege voorjaar), maar bladeren zijn des te lekkerder. Met zijn frisse, wat kruidige smaak een heerlijke aanvulling in een frisse salade. Bij de fluitekruid moet altijd even worden genoemd dat je zeer opmerkzaam moet zijn op zijn giftige look-a-likes.
De harige wilgenroosjes staan nog niet in bloei dus bloemen zal je nog niet vinden. De jonge stengels die je als een soort asperge kunt gebruiken ook nog niet. Wat je wel al kan vinden, is het jonge blad van deze wilde groente. En dat jonge groene blad is goed bruikbaar in soep, salades en ook leuk: in de smoothie.
Hoewel iedereen weet dat je van madeliefjes prachtige bloemenkransjes kunt maken, is des te onbekender dat ze ook eetbaar zijn. Ik gebruik ze graag (decoratief) op taartjes, in salades en op brood of als aanvulling in een kruidenthee. Nog niet geprobeerd, maar wel een interessante optie, is dat je van gesloten madeliefknopjes een soort kappertjes kunt maken als je ze op zuur zet.
Opletten bij glimmende blaadjes is over het algemeen een goed uitgangspunt binnen de wildplukleer. Ergens klopt dit, want wanneer dit plantje wat ouder wordt, wordt dit plantje er niet gezonder op en kan je het beter niet eten. Echter, in het vroege voorjaar, zijn de blaadjes nog jong en mals. De jonge blaadjes zijn bruikbaar in salades maar ook verwarmd goed eetbaar zoals spinazie.
Toevallig spotte ik bij het binnenstappen op het erf het klein hoefblad aan de rand van de sloot. De jonge bladeren en bloemen zijn eetbaar. Overigens zou ik klein hoefblad niet omschrijven als een delicatesse: het heeft een wat bittere smaakt. De bitterheid trekt wat weg na het koken. Nog niet geprobeerd maar wel gelezen: drogen tot poeder en gebruiken in je eigen kruidenzout. Die gaat hier op de bucketlist voor dit jaar.
Kleefkruid is, hoewel je het misschien niet zou denken, een groene, wilde groente. Met name (jong) blad kan je gebruiken in salades, soep of over je omeletje of in een groene smoothie. Ander interessant feitje (nog niet zelf geprobeerd en ook nog niet te vinden in het vroege voorjaar) is dat je de zaden - die soort balletjes - gebruikt kunnen worden om heuse Europese koffie van te zetten.
Look-zonder-look groeit in het vroege voorjaar en de jongere bladeren kan je voor de bloei gebruiken. De natuur-keuken omschrijft de smaakt als "eerst zacht-zoet, dan knoflookachtig, dan pittig om met bitter te eindigen." Look-zonder-look is als kruid heerlijk door de omelet of quiche van eieren van onze eigen scharrelkipjes, in zelfgemaakte kruidenboter of in een kruidenpesto. Het is er nog geen tijd voor, maar de bloem en zaadknippen zijn ook rauw eetbaar.