Afval scheiden is een soort doorgeslagen hobby geworden. We startten ambitieus met het scheiden van glas, papier en plastic, en vandaag de dag hebben we een rijk aan ‘afvalcategorieën’. Papier, plastic, glas, groen afval, ijzer, olie, metaal en hout kennen elk hun eigen bestemming.
We hebben op het erf een kleurrijke hoek ingericht vol met groene, blauwe en grijze containerbakken voor groen afval, papier/karton, glas, metaal, verf/olie, elektrotechnische apparaten en een kar voor hout en steen. Volle bak dus! Althans, dat geldt niet voor de afvalbakken. Waar we eerst elke dag 1 á 2 vuilniszakken vol restafval hadden, wijzigde dit naar 1 á 2 volle vuilniszakken restafval per week (met 13 personen). Dit resultaat hebben we niet bereikt door noodgedwongen verpakkingsloze producten te consumeren, maar alleen door ons afval secuur te scheiden. Fantastisch resultaat toch!
Afval scheiden wordt vaak gezien als een tijdrovende klus. Maar eigenlijk is afval scheiden gewoon een kwestie van gedragsverandering, en dát kost tijd. We zijn gewoontedieren en een overstap maken naar afvalbewustzijn betekent dat je over ieder pakje en zakje moet nadenken. Moet een melkpak in de kartoncontainer of hoort dat bij restafval? Mag vlees bij GFT of niet? Dit zijn vragen waar wij in het begin mee geconfronteerd werden en het kost tijd om die afvalbewuste levensstijl je eigen te maken.
In feite hebben we 3 fases doorlopen. Van onbewust, naar bewust, naar onbewust.